Forum

Forum: Hoe ga ik om met het lijden op de aarde?

Vraag 61: Als wij geen zelf hebben, wat van ons reïncarneert er dan eigenlijk?

Forum: mijn dochter heeft de keuze gemaakt uit het leven te stappen. Hoe ga ik daar mee om?

Vraag 59: Hoe ga je om met jaloezie. Waar komt dat vandaan?

Forum: het zilvervisjesdilemma

Vraag 57: Hoe kan ik mededogen hebben met iemand die pathologisch liegt en manipuleert?

Forum: De schoonmoeder

Vraag 55: Hoe kun je jezelf boeddhistisch profileren op het werk?

Vraag 54: Juist het besef van het leven in het Nu - en dat er buiten het huidige moment eigenlijk niets is - maakt me depressief. Hoe kan ik dit anders zien?

Vraag 53: Waarom zijn er zoveel manieren om te mediteren, en hoe weet je welke het beste bij je past?

Vraag 52: Is verlichting iets permanents? Waarom horen we nooit iets over meesters die een terugval hebben?

Vraag 51: Ik mediteer elke dag en ga op retraite. Maar niet bij een sangha. Kan ik zonder sangha boeddhisme beoefenen?

Vraag 50: Ik heb MS, en dat brengt vele onzekerheden over de toekomst. In bed malen toekomstscenario's door mijn hoofd. Hoe stop ik de stroom aan zorgen?

Vraag 49: Ik heb niet in de hand hoe en wanneer ik zal sterven. Ik oefen te leven in het nu, toch maakt me dit bang. Hoe kan ik hiermee om gaan?

Vraag 48: Als ik op liefdevolle aandacht mediteer merk ik naderhand soms dat ik juist ongeduldig word. Alsof meditatie contraproductief werkt. Hoe kan dat?

Vraag 47: Mijn zorgen over mijn naasten maken me ongelukkig, en betrokkenheid en hulpvaardigheid slaan door in bezorgdheid. Hoe ga ik hiermee om?

Vraag 46: Hoe kan ik leren goed om te gaan met heftige pijn?

Vraag 45: Hoe ga ik om met cynische mensen?

Vraag 44: Hoe kan ik boeddhist zijn en toch genieten van bijvoorbeeld alcohol, feestjes en vakanties?

Vraag 43: Hoe word je onbevangen, zodat je als het moeilijk wordt niet wordt meegesleurd met je emoties?

Vraag 42: Hoe ga ik om met mijn angstaanvallen?

Vraag 41: Hoe draag ik het boeddhisme uit zonder als een dominee over te komen?

Vraag 40: Hoe blijf ik vrijgevig en vriendelijk tegenover mensen die meer willen dan ik kan geven?

Vraag 39: Vertroebelen antidepressiva je meditatie?

Radiovraag 6: Wordt het niet tijd voor een Boeddhistische Partij?

Radiovraag 5: Hoe ga ik om met ergernis over mijn naasten?'

Radiovraag 4: Wat zegt het boeddhisme over orgaandonatie?

Vraag 38: Wat is egoloosheid volgens het boeddhisme?

Radiovraag 3: Hoe kan ik mededogen voelen voor iemand die mij kwaad doet?

Radiovraag 2: Hoe kan ik loslaten, maar niet vervallen in onverschilligheid?

Radiovraag 1: Hoe neem ik afstand van de eurocrisis?

Vraag 37: Loslaten is soms hard werken. Is het dan nog wel loslaten?

Vraag 36: Moet je het leven laten gebeuren, of moet je juist actief doelen stellen?

Vraag 35: Hoe handel je als boeddhist als vrienden je bedriegen of niet eerlijk tegen je zijn?

Vraag 34: Mediteren lukt niet; er warrelt teveel door mijn hoofd. Hoe maak ik mijn geest leeg?

Vraag 33: Waar ligt de grens tussen emoties controleren en deze toelaten?

Vraag 32: Hoe kan ik een standpunt innemen met een werkelijk leeggemaakte geest ?

Vraag 31: Betekent mededogen dat je alles maar moet tolereren?

Vraag 30: Hoe kun je als boeddhist het beste met angst omgaan?

Vraag 29: Hoe herken je je boeddhistische leraar, en aan welke criteria moet hij/zij voldoen?

Vraag 28: Hoe vind ik het vertrouwen om te kiezen voor de dingen die echt belangrijk voor mij zijn?

Vraag 27: Hoe kan het boeddhisme mij helpen uit de gevangenis van een laag zelfbeeld en depressie?

Vraag 26: Hoe vergeef ik mezelf als ik weet dat ik gefaald heb?

Vraag 25: Hoe kan het boeddhisme helpen om van een verslaving af te komen?

Vraag 24: Hoe verhouden passie en erotiek zich tot de gelijkmoedigheid van een boeddhistische levenswijze?

Vraag 23: Is het geloven in reïncarnatie onlosmakelijk verbonden met het beoefenen van het boeddhisme?

Vraag 22: Hoe kan ik me veilig en geborgen voelen in een wereld vol van onveiligheid, verandering en vergankelijkheid?

Vraag 21: Ik kijk als een toeschouwer naar mijn eigen leven. Hoe krijg ik er vat op?

Vraag 20: Hoe kun je egoloos deelnemen in een samenleving die gestuurd wordt door onderlinge competitie?

Vraag 19: Hoe ga je als boeddhist om met onrecht? Acceptatie is snel gezegd, maar moet je dan zomaar alles accepteren?

Vraag 18: Gehechtheid zorgt voor lijden. Maar ik wil ook een monogame en intense relatie. Hoe breng ik dit in evenwicht?

Vraag 17: Mijn stiefkind pubert, huilt, schreeuwt en slaat met deuren. Hoe ga ik om met uitzonderlijk negatief gedrag van anderen en kinderen?

Vraag 16: Wat moet je doen als je weet dat je doodgaat?

Vraag 15: Is het juist het verlangen dat me in de weg staat bij het zoeken naar wezenlijke verbinding?

Vraag 14: Soms word ik bevangen door wanhoop en machteloosheid als ik merk hoe moeilijk het is mezelf te veranderen, of als ik nadenk over het lijden. Hoe vind ik de moed om door te gaan?

Vraag 13: Hebben we ons karma en de daaruit voortvloeiende pijn uitsluitend aan onszelf te danken?

Vraag 12: Ik heb bijzonder veel stress, en bovendien smetvrees. ik weet dat deze angsten niet nodig zijn. Zijn er tips, meditatieoefeningen of aanzetten die zouden kunnen leiden tot inzicht over overdreven angsten?

Vraag 11: Hoe vind ik de motivatie en wilskracht in mezelf om mijn doelen te bereiken?

Vraag 10: Ik vind het moeilijk om altijd compassievol te zijn. Hoe ga ik daarmee om?

Vraag 9: Hoe kan ik op de kritische momenten toch een juiste beslissing maken?

Vraag 8: Door te mediteren wordt mijn gevoeligheid groter, maar hoe ontwikkel ik mijn weerbaarheid?

Vraag 7: Hoe kan ik zin geven aan mijn bestaan en tegelijkertijd onthecht zijn van ideeën over waarom en waartoe ik leef?

Vraag 6: Ik voel me verbonden met het boeddhisme, maar voel me geen boeddhist. Wat maakt iemand een boeddhist?

Vraag 5: Hoe integreer ik meditatie in mijn dagelijkse bestaan, met name op het gebied van mijn vaste patronen?

Vraag 4: Hoe ga ik om met iets wat lang geleden in mijn leven is gebeurd en dat nog steeds mijn leven bepaalt?

Vraag 3: We zijn allen boeddha’s. Wat betekent dat?

Vraag 2: Meditatie die tot doel heeft eenheid te ervaren, levert soms verwijdering op van mensen die geen meditatie beoefenen. Hoe kan ik hiermee omgaan?

Vraag 1: Wat is assertiviteit volgens de Boeddha?

Cybermonnik algemeen

 
Vraag 45: Hoe ga ik om met cynische mensen?


Maurice KnegtelOp 14 maart stond met 46 procent van
de stemmen één vraag op de eerste plaats van de cybermonnik-poll:

Hoe ga ik om met cynische mensen?

Het antwoord van cybermonnik Maurice Knegtel:

Voor de boeddhistische beoefenaar impliceert deze vraag in de eerste plaats hoe ik omga met mijn eigen cynisme. In welke situaties en levensfases doemt voor mij cynisme op? Wat ervaar ik dan? Hoe vrij ben ik om mijn cynisme werkelijk toe te laten? Kan de cynicus in mij vrijelijk spreken? Kan hij alles zeggen wat hij wil? Met andere woorden, maak ik gebruik van de helderheid van de cynicus?

De mate van vrijheid die ik heb ten opzicht van mijn eigen cynisme, is de mate van vrijheid die ik heb ten overstaan van cynische mensen. Ik kan hen en daarmee mezelf meer ruimte van leven geven, wanneer ik mijn innerlijke cynicus van mezelf heb bevrijd. Hoe ga ik om met cynische mensen is in eerste instantie een vraag die me aanzet tot een oprecht onderzoek naar cynisme in mezelf.
 
Wat kom ik tegen als ik cynisme in mezelf onderzoek? Cynisme heeft te maken met een gebrek aan vertrouwen in de goede bedoelingen van mensen en instellingen. Ze is synoniem aan bitterheid, onbeschaamdheid en ongevoeligheid. Ook staat ze voor een ongevoeligheid voor de gevolgen van mijn eigen handelen: het maakt toch allemaal niets uit wat ik doe. Cynisme wordt gekenmerkt door een solide negativiteit die, als ze maar lang genoeg aanhoudt, als een alles verterend zuur een gat in mijn leven vreet.

Anders dan de wanhopige of de depressieve, wil de cynicus niet worden geholpen en kent hij geen hulpvraag. Zijn beeld van de werkelijkheid en van zijn leven is onfeilbaar. De cynicus kent geen ruimte, geen openheid, geen verwondering. Hij leeft een hermetisch gesloten negativisme. Naast dat de cynicus geen hulpvraag kent, heeft hij ook geen echte behoefte aan reflectie of zelfreflectie. De cynicus twijfelt niet. Hij wordt bewogen door een ondoordringbare en onaantastbare protectie, vanuit een diep gevoelde onmacht en pijn die als zodanig niet mogen worden aangesproken. De cynicus is de pijn en onmacht ver voorbij, meent hij. Hij volhardt in een gesjoemel met de waarheid en met zichzelf en laat in dit sjoemelen niets en niemand in zijn waarde. De cynicus zegt het een, maar bedoelt en doet het andere.

In de cynische geest ben ik niet in staat in contact met mezelf, mezelf uit te drukken; ik verdraai alles en ik ben de intimiteit met mezelf volkomen kwijt.

Interessant is echter, dat de cynicus als geen ander, personen en instituties weet te ontmaskeren. Al is het beeld dat de cynicus van zichzelf heeft hermetisch verdraaid, hij ziet haarscherp het verdraaide beeld dat anderen van zichzelf maken. Daarin ligt zijn helderheid. En daarin toont de cynicus me iets dat ik anders niet zou kunnen zien.
 
Wat de boeddhistische beoefening betreft, staat de cynische instelling haaks op die van de zelfonderzoeker. De cynicus wordt gekenmerkt door een onwankelbaar wantrouwen, terwijl de zelfonderzoeker uitgaat van een zo groot mogelijke openheid en hij zich richt op vertrouwen, in ieder geval het vertrouwen dat wat hij in zijn onderzoek ontdekt waar is en waardevol.

Omdat beide instellingen haaks op elkaar staan, is het als zelfonderzoeker ongemakkelijk omgaan met cynische mensen. Toch wordt er een basis voor deze omgang gelegd door de bekrachtiging van de cynicus in mezelf. Hij is een deel van mijn leven, hij mag er zijn, hij mag zijn stem laten horen en ik luister. Op deze wijze krijgt de cynische ander ook een plaats in mijn aanwezigheid.

Humor kan mijn omgang met de cynicus voor mezelf iets losser maken. Humor opent en relativeert en ze kan wellicht iets van de bevroren negativiteit ontdooien en op zijn minst mezelf iets meer ruimte geven in het contact.

Misschien is het beste tegengif voor de cynicus wel vertrouwen. Als ik mijn vertrouwen voor leef, zonder daar al te veel moeite voor te doen, kan ik dit vertrouwen naast het kille wantrouwen van de cynicus plaatsen.

Daarbij is het heel behulpzaam niet de intentie te hebben de cynicus te veranderen. Ik ben er gewoon, in contact met mezelf en in vertrouwen. Voor dit vertrouwen is de cynicus een toetssteen. De cynicus werpt me door zijn wijze van zijn voortdurend terug op de vraag: vertrouw ik nu echt? In deze zin kan de onvermurwbare cynicus me geen betere dienst bewijzen. In relatie tot hem verdiep ik mijn vertrouwen.


Zelf een levensvraag voor de cybermonnik? Stel 'm dan hier.